Het beerdiertje, niet klein te krijgen
Ze bevolken de aarde al zo een 500 miljoen jaar maar toch hebben weinig mensen ze gezien. Ze zijn namelijk heel erg klein. Het beerdiertje kan zo in en sciencefiction film meespelen met zijn ronde lichaam en hun acht pootjes die voorzien zijn van kleine klauwtjes. Ze komen in vochtige omgevingen voor, zowel in zoet water als ook in zout water. Maar ook in vochtige omgevingen zoals mossen, op natte muren en daken. Ze zijn te vinden op de toppen van de hoogste bergen tot op grote diepte in de zeeën en oceanen, van de evenaar tot op de polen. Het is een klein diertje met unieke eigenschappen.
Inhoud
Uiterlijk en Taxonomische indeling
De grote van het beerdiertje varieert van 0,1 tot 1,5 millimeter. Ze zien er uit als een tonnetje. Ze hebben een kopje en een lichaam dat uit drie segmenten bestaat met aan ieder segment een paar pootjes. Aan de achterzijde van hun lichaam bevindt zich het vierde segment, het caudaal (staartdeel) waar het in plaats van een staart nog een extra paar pootjes heeft.
Het beerdiertje is volgens de taxonomie als volgt ingedeeld:
- Rijk: dieren
- Onderrijk: orgaandieren
- Stam: raderdiertjes
- Klasse: Eurotatoria
- Onderklasse: Bdelloidea
- Orde: Philodinida
- Familie: Philodinidae
- Geslacht: Rotaria
- Soort: Tardigrada
De ontdekker van het beerdiertje
Wanneer we de wereld om ons heen in ogenschouw nemen dan zien we de pracht en praal van de natuur. We zien dan de diersoorten die goed zichtbaar zijn zoals vogels, vlinders, honden en katten, enzovoort. Maar op kleinere schaal bevindt er zich een wereld waar we amper weet van hebben. Maar ook in deze wereld leven leuke diertjes. Het was de Duitse predikant Johann August Ephraim Goeze (28 mei 1731 - 27 juni 1793) die als eerste in 1773 het beerdiertje beschreef. Maar het was de Italiaanse bioloog Lazzaro Spallanzani die het beerdiertje de naam: Tardigrada gaf wat zoveel als "langzame loper" betekend. Tardigrada is een verzamelnaam voor meer dan 1.150 soorten.
Leefgebied van de beerdiertjes
Beerdiertjes leven in een waterrijke omgeving en worden daarom ook wel waterbeertjes of mosbeertjes genoemd. De naam mosbeertje heeft het gekregen omdat mos wel één van zijn meest favoriete leefgebieden is. Pak een stukje mos en besprenkelt dit met water en laat dit even intrekken. Haal het mos weg en bestudeer het achtergebleven water onder een microscoop. De kans is zeer groot dat u er beerdiertjes in aantreft. Ook zijn beerdiertjes te vinden in duinen, op het strand, in de grond of gewoon in zoet- en zoutwater.
Voeding van beerdiertjes
Het dieet van beerdiertjes is afhankelijk van zijn leefgebied. Beerdiertjes zijn omnivoren en eten dus zowel plantaardig als ook dierlijk voedsel. Zo leeft het beerdiertje van algen, ongewervelde en cellen van planten. Hiervoor zijn ze uitgerust met een buisvormige mond voorzien van een stilet, een harde, scherpe, anatomische structuur. Het stilet is aangepast voor het doorboren van een celwand,
Voortplanting van beerdiertjes
Omdat er meer dan 1.150 verschillende soorten beerdiertjes op aarde voorkomen hebben de verschillende soorten verschillende eigenschappen. Maar één ding hebben ze wel gemeen, ze leggen allemaal eitjes. Veel Tardigrada soorten hebben echter geen seks nodig om zich voort te planten. Net als bijvoorbeeld slakken zijn beerdiertjes tweeslachtig.
Een ijzersterk diertje
Door een bijzondere eigenschap waarover beerdiertjes beschikken zijn ze in staat te overleven tijdens grote droogte, extreme kou (- 270 geraden Celsius) of zelfs bij temperaturen van meer dan 100 graden Celsius. Beerdiertjes kunnen zichzelf namelijk jaren lang in een soort van slaapstand zetten. Dit wordt cryptobiose genoemd, een vorm van schijndood. Het beerdiertje rolt zichzelf op en schrompelt ineen tot hij nog maar 3% water bevat. Zelfs de stofwisseling wordt stopgezet. Zo kan het beerdiertje zich mee laten voeren door de wind en zeer grote afstanden overbruggen. In deze staat kunnen beerdiertjes het wel 10 jaar uithouden. Dit terwijl de gewone levensverwachting van het beerdiertje maar een paar maanden is. Slechts een paar druppels water is genoeg om het beerdiertje binnen enkele minuten weer tot leven te wekken.
Beerdiertjes in space
Wetenschapper hebben ondertussen al veel met het beerdiertje aan de hand gehaald. Of ze nu gekookt worden, ingevroren of uitgedroogd, het beerdiertje overleefd het allemaal. Zelfs toen een Schotse onderzoeker (1) voor onderzoek een beerdiertje prepareerde met formalyde en vaseline bleek het diertje na vierentwintig uur nog te leven. Sterker nog, niet alleen te leven, het beerdiertje had zelfs nog even eitjes gelegd. Dat ze ijzer sterk zijn blijkt wel uit het feit dat ze bijna overal tegen kunnen:
- Beerdiertjes overleven in gedroogde staat in zuur en oplosmiddelen.
- Beerdiertjes overleven bij zeer hoge en extreem lage temperaturen.
- Beerdiertjes overleven hoge druk.
- Beerdiertjes overleven radioactieve straling.
- Beerdiertjes worden op 5 meter diepte onder het ijs aangetroffen.
- Beerdiertjes werden in oceanen tot op een diepte van 6000 meter aangetroffen.
- Beerdiertjes worden gevonden op 6 kilometer hoge bergtoppen.
In september 2007 werd het beerdiertje aan een nieuw experiment blootgesteld (2). Tijdens de FOTON-M3 missie waren een aantal beerdiertjes aan boord. Op een hoogte van zo een 300 kilometer werden deze beerdiertjes 10 dagen lang blootgesteld aan extreme condities die in de ruimte heersen. Het is op die hoogte extreem droog, zeer koud (- 270 geraden Celsius) en de straling van de zon en andere kosmische straling is voor de meeste organismen dodelijk. Na terugkomst op aarde bleek ook dat een groot deel van de beerdiertjes de reis niet overleefd hadden. Maar een gedeelte van de beerdiertjes overleefde deze extreme reis wel!