De evolutie van de mens
Wie zijn wij en waar komen we vandaan? De evolutie van de mens verloopt met horten en stoten, waardoor het ' rommelig ' overkomt. Dit komt naar voren uit het feit dat in ons lichaam en in ons gedrag oude resten voorkomen die zinvol zijn geweest in eerdere fasen van het evolutieproces. Soms hebben die resten geen functie meer, maar soms blijkt ook dat deze behoudzucht juist heel efficiënt is.
Onze afstamming
Over de afstamming van de mens is al veel geredetwist. In wetenschappelijke literatuur verdedigt men de afstammingslijn, zoals die in onderstaand tabel wordt weergegeven
Soort | Verschijnt (v.Chr) | Verdwijnt (v.Chr) | Schedel-inhoud- (cc) | kenmerken |
Homo sapiens | 30.000 | ? | 1330 | moderne mens |
Neandertaler | 100.000 | 30.000 | 1470 | eerste riten |
Homo erectus | 1.300.000 | 400.000 | 950 | eerste gebruik van vuur |
Homo habilis | 2.000.000 | 1.600.000 | 700 | stenen gereedschappen |
Australopithecus | 3.000.000 | 2.000.000 | 550 | liep rechtop |
Africanus | 3.000.000 | 2.000.000 | 500 | liep rechtop |
Afarensis | 3.500.000 | 2.500.000 | 425 | liep rechtop |
Ramapithecus | 14.000.000 | 10.000.000 | ? | liep op handen en voeten |
Dryopithecus | 22.000.000 | 12.000.000 | ? | gemeenschappelijke voorouder aap en mens |
De tabel laat een in stapjes groeiende schedelinhoud zien. Daarmee corresponderen waarschijnlijk ook allerlei gedragsveranderingen, zoals rechtop lopen.
- De hersenmassa van de Australopithecus en de Africanus was ongeveer gelijk aan die van de gorilla, maar gezicht, gebit en kaken hadden al sterk menselijke trekken.
- De Homo habilis had een aanzienlijk grotere herseninhoud, dat wellicht het eerste gebruik van gereedschappen verklaart.
- De volgende fase was de Homo erectus. De herseninhoud nam opnieuw toe en naast het gebruik van gereedschappen kon deze voorouder zo goed als zeker vuur maken.
- Vervolgens verschijnt de Neanderthaler, een holenmens en kannibaal die op veel plaatsen voorkwam, ook in Europa. de Neanderthaler beschikte over stenen gereedschappen, vuur en dierenhuiden als kleding. Een merkwaardig en niet verklaard feit is dat deze betrekkelijk primitieve Neanderthaler een grotere herseninhoud had dan wij.
- De Neanderthaler werd 30.000 jaar geleden verdrongen door de Homo sapiens, de huidige mens. Door de ijstijd moest de mens overleven in barre omstandigheden en werd genoodzaakt zichzelf te voorzien van kleding, schuilhutten en gereedschappen. De mens gebruikte in die tijd niet alleen vuur, hij beoefende ook landbouw, maakt potten en pannen, hield kudden dieren en fabriceerde wapens.
Zijn er watermensen geweest?
De samenstelling van ons bloed lijkt op de verhoudingen waarmee zouten in zeewater voorkomen en in onze hals zit rudimentair kieuwweefsel. Dergelijke aanwijzingen kunnen verwijzen naar het feit dat ooit het leven in zee is begonnen.
Hypothesen over een 'waterige'afkomst
- Het beharingspatroon van de foetus, dat kort voor of kort na de geboorte verdwijnt, doet sterk denken aan een pelsdier dat in het water leeft.
- Verhoudingsgewijs kan de mens heel goed zwemmen en duiken.
- De aanwezigheid van een rudimentair spiertje dat theoretisch de gehoorgangen kan afsluiten.
- De mens beschikt over een duikreflex: als het water koud is slaat het hart 10 tot 40 procent langzamer, de stofwisseling verandert en bepaalde bloedvaten trekken zich samen.
- De aanwezigheid van onderhuids vetweefsel zou zijn ontstaan in verband met het warm houden van het lichaam in het water.
- Het ontbreken van haar is eigen aan veel, in het water levende, zoogdieren.
- De magische aantrekkingskracht die water op veel mensen uitoefent: als we op het strand lopen, worden we bevangen door een oeroude drang, schoppen onze schoenen uit en ontdoen ons van kledingstukken.
Waarom is de mens gaan staan?
Volgens het darwinisme is alles te verklaren vanuit overlevingskans. Vanuit die stelling zou je kunnen zeggen dat de rechtopstaande mens in een bepaalde biotoop en op een bepaald moment kennelijk de beste overlevingskansen had en daarmee zou alles gezegd zijn.
Hypothesen over rechtop staan
- Een dier dat rechtop staat, stelt zijn lichaam minder bloot aan de hitte van de zon, dan een viervoeter. Wie rechtop staat heeft minder last van de hete grond.
- Rechtop staand zijn roofdieren eerder te herkennen en kun je ze eerder zien aankomen.
- Rechtop lopend biedt de mogelijkheid voedsel over grotere afstanden te vervoeren. Dit transportgemak werd noodzakelijk, naarmate voedsel in de nabije omgeving schaars werd en onze voorouders moesten jagen in verderweg gelegen gebieden.
Achtergebleven resten en slecht afgestemde functies
In ons lichaam bevinden zich grote aantallen anatomische resten die daar niet meer thuishoren en die door de evolutie als het ware over het hoofd zijn gezien.
Maar het kan ook iets zeggen over het behouden van belangrijke structuren: de natuur begint niet steeds van voren af aan, maar produceert variaties op een thema.
Enkele voorbeelden
- In de hals bevindt zich kieuwweefsel dat zich soms gaat delen en dan leidt tot de vorming van goedaardige gezwellen.
- Tussen de schildklier en de mondholte is een tweede buisje aangelegd, dat bij de mens nergens voor dient.
- In de hand bevindt zich een pees, die maar aan één kant vastzit; apen gebruiken deze pees wél.
- De appendix en het stuitje hebben geen bekende functie meer.
- We hebben een spiertje in de hand, die tot de standaarduitrusting behoort van een reptiel, maar zelden voorkomt bij zoogdieren.
- Onze pijngevoeligheid kan worden opgevat als een waarschuwingssysteem, maar de plaats van de pijn is nogal willekeurig: zo gaan hartinfarcten in veel gevallen samen met pijn in de linkerarm, onderkaak of maagstreek en niet direct met pijn in de regio van het hart.