Gekozen Burgemeester

Burgemeestersbenoeming in Nederland
Voor het invullen van een burgemeestervacature zijn de gemeenteraad, de Commissaris van de Koningin (CvK) van de desbetreffende provincie en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) namens de regering en de Kroon betrokken. Er wordt een profielschets opgesteld en een vertrouwenscommissie in het leven geroepen door de gemeenteraad. De profielschets wordt door de Commissaris van de Koningin opgehaald. De Commissaris maakt vervolgens een voorselectie van ongeveer vijf à zes personen. Daarna vindt er overleg plaats tussen de CvK en de commissie. De commissie ondervraagt vervolgens verschillende kandidaten en kiest uiteindelijk twee geschikte personen. De gemeenteraad geeft de voorkeur aan een van de twee en brengt advies uit aan de Minister van BZK. De minster kiest definitief zodat de handtekening van de Koningin onder het document kan worden gezet (Bron: Breeman, G.E., van Noort, W.J., Rutgers, M.R., 2008)Burgemeestersbenoeming in Engeland
In Engeland wordt een burgemeester direct gekozen door het volk. Maximaal 25 dagen vóór de dag van de verkiezingen wordt er bekend gemaakt dat er verkiezingen komen en kunnen mensen zich inschrijven om burgemeester te worden. Die inschrijvingen moeten 19 dagen voor de verkiezingsdag binnen zijn. Binnen twee dagen wordt er een lijst gepubliceerd met verkiesbare personen. Dan wordt er door deze personen actie ondernomen om zichzelf te promoten. De verkiezingen vinden een aantal dagen later plaats en op die dag wordt de burgemeester bekend.(Bron: Statutory Instruments 2007, The Local Authorities (Mayoral Elections) (England and Wales) Regulations 2007)
Voordelen van een gekozen burgemeester
Waar de dualisering gericht is op het versterken van de lokale democratie, ligt het voor de hand om niet voor de centrale benoeming te kiezen maar voor de direct gekozen burgemeester (Bron: De Vries,. 2003). Dualisering houdt in dat op lokaal niveau de gemeenteraad en het college van Burgmeester en Wethouders beiden onafhankelijke partijen zijn om enlkaar wederkerig beperken. Dit versterkt de lokale democratie omdat ze elkaar controleren en de stem van de burgers vanuit de gemeenteraad duidelijk gehoord kan worden.De inwoners van een gemeente hebben bij een directe verkiezing veel meer zeggenschap dan wanneer er centrale benoeming plaatsvindt. Je kan dit aangeven als de democratische legitimatie. Daarnaast moet een verkiesbare burgemeester zich veel meer met de inwoners mengen om hun stem te krijgen. Hierdoor ontstaat er een sterkere en betere band tussen inwoners en burgemeester. Dat zorgt er weer voor dat burgers de bestuurders beter kunnen aanspreken op de uitvoering van beleid in de praktijk. Daarnaast moet de democratisering van de benoeming zorgen voor meer helderheid en minder (partijpolitieke) willekeur. Dit omdat men zo een zogenaamd evenwichtige burgemeestersverdeling binnen de provincie en ook binnen het land kan handhaven. Verder draagt de verkiezing van de burgemeester bij aan de versterking van diens positie en onafhankelijkheid. Door de recente aanpassingen in de Gemeentewet is het inmiddels erg onduidelijk wat de positie van de burgemeester is: zoals reeds vermeld wordt hij benoemd door de Kroon na uitgebreide gemeentelijke bemoeienis en soms een referendum dat niet bindend is, terwijl zijn verhouding met de gemeenteraad steeds meer richting vertrouwensregel gaat. De vertrouwensregel houdt in dat de gemeenteraad het vertrouwen heeft in een burgemeester. En dat ze het beleid dat hij voert goedkeuren en dus vertrouwen.
Nadelen van een gekozen burgemeester
Tegenstanders van de gekozen burgemeester zeggen dat er een groot probleem ontstaat als populistische, en daarmee vaak incapabele mensen, zich aanmelden. Inwoners laten zich dan misleiden omdat deze personen en bepaalde bekendheid genieten.Een ander nadeel kan zijn dat ofwel de gekozen burgemeester te weinig bevoegdheden heeft om de verwachtingen waar te maken, ofwel de burgemeester buitenproportioneel veel bevoegdheden krijgt. Andere belangrijke gezagsdragers binnen de gemeente zullen dan veel aan macht moeten inboeten. Wethouders bijvoorbeeld, die hun taken niet meer naar behoren uit kunnen voeren.
Daarnaast weten de inwoners vaak te weinig af van het politieke spel. Er kan een probleem ontstaan als gemeenteraad en burgemeester niet goed met elkaar kunnen samenwerken, bijvoorbeeld omdat de politieke kleur van de burgmeester sterk afwijkt van wat de meerderheid in de gemeenteraad vindt. Een hegemonisch samenwerkingsmodel zal dan niet gerealiseerd kunnen worden. (Bovens, M.A.P., ’t Hart, P., van Twist, M.J.W., 2007)
Echter, er zit natuurlijk ook een andere kant aan de medaille, want als de gemeenteraad en burgemeester in eerste instantie niet goed met elkaar kunnen samenwerken, betekent dit dat er veel intenisieve samenwerking wordt vereist. Dat komt het dualisme, de transparantie en de slagvaardigheid in de gemeentepolitiek ook niet ten goede. Als we als burgers meer onafhankelijkheid willen tussen de gemeenteraad en het college van Burgemeester en Wethouders, moeten we zeker geen nauwere samenwerkingsverbanden gaan stimuleren.
Een laatste nadeel is dat de overheid, zoals ik eerder al aangaf, geen spreidingsbeleid meer kan voeren. Er kan een onevenwichtige verdeling ontstaan, waardoor er groepen eventueel minder snel gekozen zullen worden. Denk bijvoorbeeld aan allochtonen en vrouwen. Zij zijn bij dit soort zaken snel ‘discriminatiegevoelig’.
Verder zijn de opkomstpercentages bij referenda om een burgemeester te kiezen (inwoners stemmen, uiteindelijk kiest de Kroon) rond de 30%. Als deze percentages terug gaan komen in het systeem van de direct gekozen burgemeester komt de democratie in het geding. (Bron: Parlement en politiek, www.parlement.com)