Gietijzer voor Iron Bridge en nostalgische producten
Gietijzer bestaat uit het omsmelten van ruw ijzer samen met cokes en kalk. Na het smelten wordt het in vormen gegoten en is door zijn ruwe oppervlak duidelijk te herkennen. Tegenwoordig wordt weinig gietijzer meer gebruikt waardoor bij de overgebleven gietijzeren voorwerpen meteen de nostalgische uitstraling opvalt.
Gietijzer vanaf eind middeleeuwen
IJzer wordt al van vóór de jaartelling gebruikt om diverse voorwerpen van te maken. Door op heet ijzer heel lang te hameren werden er bijlen, messen en zwaarden van gemaakt. Pas aan het eind van de middeleeuwen werd ontdekt dat ijzer ook in vloeibare vorm gebruikt kon worden door het in zandvormen te gieten. Op die manier werden onder meer haardplaten gemaakt voor de bescherming van muren bij open vuur.
Iron Bridge op werelderfgoedlijst
In Groot-Brittannië werd voor het eerst gietijzer toegepast in een belangrijk project de Iron Bridge. De Iron Bridge overspant de Severn in het graafschap Shropshire. De Iron Bridge is gebouwd tussen 1779 en 1781 en geniet de bescherming van de UNESCO werelderfgoedlijst. De brug bestaat uit meer dan 800 gegoten onderdelen in 12 verschillende basisvormen waar in totaal 379 ton ijzer voor werd gebruikt. Voor het samenvoegen van de onderdelen werd onder meer de
zwaluwstaartverbinding toegepast die uit de houtbewerking bekend was. Door de brosheid van het ijzer waren in de loop van de jaren diverse restauraties en aanpassingen noodzakelijk totdat de brug uiteindelijk in 1934 gesloten werd voor voertuigen. Vanaf die tijd is de Iron Bridge alleen nog toegankelijk voor voetgangers en lokt tot vandaag toe veel toeristen.
Talrijke gietijzeren voorwerpen vanaf 1900
Vanaf ongeveer ruim een eeuw geleden werd een groot aantal gietijzeren voorwerpen geproduceerd waaronder gietijzeren verwarmingstoestellen zoals houtkachels, steenkoolkachels, mazout en gaskachels en radiatoren voor centrale verwarming. Ook waren allerlei ketels, rioleringen en leidingen van gietijzer en werd het materiaal ook gebruikt in de machinebouw en voor motorcarters en dergelijke. Andere gietijzeren voorwerpen waren badkuipen, brievenbussen, gedenkplaten, grafmonumenten, haardplaten, huishoudelijke voorwerpen als potten en pannen, straatlantaarns, tuinbanken, urinoirs en wenteltrappen. Groot vakmanschap in het gieten van ijzer kan ook nog worden waargenomen in oude stationsoverkappingen en stationshallen.
IJselgebied ooit toonaangevend voor gietijzeren producten
De meeste gietijzeren voorwerpen werden lange tijd gefabriceerd in ijzergieterijen in het Oude IJsselgebied waar al in 1689 de eerste ijzergieterij in Rekhem ontstond. IJzeroer was veelvuldig voorhanden in de bodem van die streek. Ook
houtskool kwam in dat gebied veel voor. De energie voor de blaasbalgen werd door de IJsel en zijstromen geleverd en tevens werd de IJsel gebruikt als afvoerroute van de producten. De bedrijven die vanaf 1850 werden gesticht waren vanwege nieuwe productiemethoden afhankelijk van grondstoffen uit het buitenland.
In onbruik geraakt
Gietijzer is zeer geschikt voor een drukbelasting maar de trekbelasting is niet zo groot. Voor een betere trekbelasting kunnen aan het ijzer molybdeen, nikkel en silicum worden toegevoegd. Maar gietijzer is toch in onbruik geraakt onder meer vanwege die lage trekbelasting en de brosheid van het materiaal. Wel heeft gietijzer het grote voordeel van een geluiddempende werking.
In trek vanwege nostalgische uitstraling
Veel van de toepassingen van gietijzer zijn weggevallen door de opkomst van staal en andere materialen. Waar nog wel gietijzer voorkomt zijn siertuinen waar vaak gietijzeren ornamenten te vinden zijn zoals op stenen zuilen bij de ingang en versieringen op muren. Evenzo zijn rozenbogen vaak van gietijzer vervaardigd of tuinmeubilair als plantentafels en lantaarns. En ook talrijke kleinere voorwerpen met een nostalgische uitstraling worden nog steeds uit gietijzer vervaardigd van zeepbakje tot huisnummers.