Kinematica van de onderkaak (grensbewegingen)
Biomechanische en neuromusculaire invloeden spelen een rol bij de bewegingen van de onderkaak, bijvoorbeeld tijdens spreken, kauwen en slikken (kaakstelsel). Deze bewegingen zijn erg complex. Daarom probeert men de onderkaak bewegingen vereenvoudigd te beschrijven. Dit is de wetenschap van de kinematica. In dit artikel worden de grensbewegingen van de onderkaak in het mediane (saggitale), het horizontale en het frontale vlak beschreven.
Kinematica: naar Figuur van Posselt
Naar de naar hem genoemde figuur, heeft Posselt vele jaren onderzoek gedaan naar alle onderkaak bewegingen. Hij beschreef dat al deze bewegingen binnen zogenaamde
grensbewegingen vallen. Dit zijn de meest extreme posities (grensposities) die de onderkaak kan innemen. Kenmerkend van deze grensbewegingen zijn dat ze relatief
stabiel en reproduceerbaar zijn. En tevens onafhankelijk van hoofd- en lichaamshouding.
Als je de grensbeweging bekijkt van het punt tussen de onderste twee snijtanden kunnen de volgende grensbewegingen worden uitgevoerd (gemiddelden):
- 10-15 mm richting links of rechts (lateraalwaarts)
- 40-60 mm neerwaarts
- 0-2 mm achterwaarts
De grensbewegingen van de onderkaak in het mediane vlak kan weergegeven worden door middel van de
Figuur van Posselt. Dit is in feite de beweging van opzij gezien. Het punt wat hier beweegt is het raakpunt tussen de snijranden van de twee centrale snijtanden van de onderkaak. Hieronder volgt een beschrijving van de belangrijkste
grensposities, ook gebruikt bij testen voor craniomandibulaire dysfunctie (TMD of CMD klachten):
ICP of MO
Een belangrijke grenspositie is de intercuspidale contactpositie (ICP) of maximale occlusie (MO). Bij deze grenspositie vallen de occlusale vlakken (de
kauwvlakken) van de boven- en ondergebitsboog in elkaar. Dit is de eindpositie bij kauwen, slikken en is tandbepaald.
RCP of CO
Een andere grenspositie is de geretrudeerde contactpositie (RCP) of centrale occlusie (CO) genoemd. Hierbij is de onderkaak maximaal naar achteren gebracht. De beide kaakkopjes zitten dan in de meest dorsale stand in de gewrichtskommetjes (fossae articulares).
Van RCP richting R
Dit is een zuivere scharnierasbeweging (rotatie) van de kaakkopjes vanuit RCP als de mond opent. Na ongeveer 20 mm is deze beweging belemmerd door het ligament temporomandibulare (een kaakgewrichts-ligament).
Van R richting T
Hierbij is er sprake van rotatie en translatie. O is de maximale mondopening en bedraagt, zoals eerder gezegd, 40-60 mm.
Van T richting Pr
Punt P is het maximale protrusief tandcontact. Dit is het sluiten van de onderkaak. Hierbij zijn beide kaakkopjes (condyli) op de gewrichtsknobbels (tuberculum articulare). Deze beweging is ook bepaald door spieren en ligamenten.
Van Pr naar ICP
Deze beweging - waarbij de tanden licht contact houden - is bepaald tussen de occlusale relaties (relaties in het kauwvlak) tussen de tanden van de boven- en ondertandboog.
Grensbewegingen onderkaak frontale vlak
De grensbewegingen in het frontale vlak heeft geen specifieke naam in de kinematica. De beweging wordt ook bepaald door tandcontact, spieren en ligamenten.
De afbeelding hier links wordt verkregen met
tandcontact in de ICP (zie eerder). Vervolgens wordt er een beweging gemaakt naar links en rechts. Daarna wordt het onderste punt van de figuur bereikt door de mond te openen. Deze beweging kan per persoon verschillen, wat zijn oorzaak vindt in de verschillen in tandanatomie, type occlusie en slijtage (mogelijk abrasie, attritie, abfractie en erosie).
Grensbeweging onderkaak op horizontale vlak Gotische boog
Deze grensbeweging ligt niet in het mediane vlak, maar in het
horizontale vlak. Je kijkt er in feite bovenop. Ook hier is gemeten vanaf het centrale incisiefpunt (zie eerder) en geeft een beeld gelijkend op een gotische boog, met bewegingen van de onderkaak.
Deze figuur kan verkregen worden door iemand met een kleine
mondopening (ongeveer 3 mm en zonder tandcontact), vanuit RCP, grensbewegingen te laten uitvoeren naar links en naar rechts. Vanuit punt L en R kan naar de meest voorwaartse positie worden bewogen: V. De lijn L-RCP-R wordt de Gotische boog genoemd.