Uitoefenen van het retentierecht
Het recht van retentie geeft een schuldeiser in bepaalde gevallen de bevoegdheid om het afgeven van een goed uit te stellen tot het moment van betaling. In dit artikel gaan we bekijken hoe dit precies werkt.
Wat is het recht van retentie?
Het recht van retentie houdt in dat een schuldeiser de afgifte van een goed mag uitstellen om zich van betaling te verzekeren. Het meest bekende voorbeeld hiervan is een auto die bij een garage staat; zolang de rekening niet betaald is worden de sleutels niet afgegeven. Het retentierecht geeft de retentor (de schuldeiser) niet het recht om het goed waarop retentierecht wordt uitgeoefend te verkopen. In de wet (artikel 3:290) BW staat het retentierecht als volgt omschreven:
"Retentierecht is de bevoegdheid die in de bij de wet aangegeven gevallen aan een schuldeiser toekomt, om de nakoming van een verplichting tot afgifte van een zaak aan zijn schuldenaar op te schorten totdat de vordering wordt voldaan. "
Welke voorwaarden gelden er voor het uitoefenen van het retentierecht?
- Allereerst moet er sprake zijn van een opeisbare vordering: dit is bijvoorbeeld wanneer de betalingstermijn is verstreken en er nog geen betaling heeft plaatsgevonden.
- Het goed waarop retentierecht wordt uitgeoefend moet op rechtmatige wijze bij de schuldeiser gekomen zijn: het is bijvoorbeeld niet toegestaan voor een garagehouder om een auto die reeds afgeleverd is, terug te halen om betaling af te dwingen.
- Het retentierecht moet kenbaar gemaakt worden tegenover derden: bij het voorbeeld van de auto is dit eenvoudig, omdat deze door middel van een slot duidelijk afgesloten is. Bij onroerende goederen zoals bijvoorbeeld een huis in opbouw is dit lastiger, er zullen borden en hekken geplaatst moeten worden.
Wanneer kan/mag het retentierecht niet uitgeoefend worden?
Zoals al gezegd kan het recht van retentie alleen toegepast worden als er sprake is van een opeisbare vordering. Als een klant duidelijk aangeeft niet voornemens te zijn de rekening te voldoen (bijvoorbeeld omdat de kwaliteit van de reparatie niet aan zijn wensen voldoet), is er geen sprake van een opeisbare vordering. Wanneer een klant door overmacht de rekening niet kan betalen is er eveneens geen mogelijkheid om het retentierecht uit te oefenen. Bovendien mag het retentierecht alleen toegepast worden als de hoogte van de vordering in verhouding staat met de waarde van het goed dat men onder zich wil houden.
Conclusie:
Het recht van retentie is een belangrijk wapen tegen wanbetalers. Juist omdat het zo'n krachtig instrument is zijn er strenge regels voor opgesteld. Overtreding van deze regels kan er voor zorgen dat het recht van retentie vervalt. Het uitoefenen van het retentierecht geeft de schuldeiser geen recht om het goed te verkopen om op deze manier de rekening te voldoen, hiervoor is een executoriale titel zoals een vonnis nodig. Gezien de complexiteit van de materie is het aan te raden juridische bijstand te zoeken op het moment dat u het retentierecht uit wenst te oefenen.