OBAS of KWS, wat en waarom?
Uit milieuzorg worden alle afvalwaters van de vloeistofdichte zones van tankstations eerst behandeld door een olie- en benzineafscheider of OBAS, ook KWS of koolstofwaterstofafscheider. Hoe werkt dit en waarom is dit noodzakelijk voor het milieu ?
Olie- en benzineafscheider
Wat?
Hedendaagse tankstations hebben een vloeistofdichte bestrating rond de pompen en het vulpunt. Zo kunnen gemorste producten niet doordringen in de bodem; ze worden opgevangen.
Deze producten en het regenwater waarmee ze vermengd worden, moeten echter wel afgevoerd worden. Het mengsel mag niet zomaar in de riool geloosd worden. Alle afvalwaters van de vloeistofdichte zones worden daarom eerst behandeld door een olie- en benzineafscheider of OBAS, ook KWS of koolstofwaterstofafscheider.
Deze bestaat uit:
- een bezinkput
- een afscheider
- een meetkamer
- een alarm
- eventueel een coalescentiefilter.
Het principe van de OBAS is gebaseerd op het feit dat olie “lichter” is (m.a.w. de relatieve dichtheid is kleiner dan 1) en slib “zwaarder” is dan water. Zeer kleine oliepartikels blijven ‘zweven’ in het water, en gaan samensmelten tot grotere druppels. Deze druppels stijgen naar het wateroppervlak. Om de partikels voldoende tijd te geven om samen te smelten en op te stijgen, moet het afvalwater lang genoeg in de afscheider blijven. Op basis van het debiet aan afvalwater wordt aan de hand van de Duitse DIN norm nr. 1999 berekend hoe groot de afscheider moet zijn ( = dimensionering van de afscheider).
Het slib in de opvangput en de olie in de afscheider zijn gevaarlijk afval dat door een erkend bedrijf moet worden opgehaald.
Een afscheider moet meestal om de twee à drie jaar geledigd worden; volgens bepaalde milieuvergunningen moet dit zelfs minstens éénmaal per jaar gebeuren. Bij een belangrijke morsing moet de afscheider echter onmiddellijk geledigd worden. Let erop dat u hierbij enkel het slib en de olie oppompt en niet het water; dit moet niet afgevoerd worden en zal uw factuur aanzienlijk verhogen als het meegerekend wordt als afvalolie.
Naast de afscheider en de slibopvangput moeten ook de opvangroosters aan de vloeistofdichte piste regelmatig gereinigd worden. Deze afvoergeulen zijn gemaakt om bij zware regenval of belangrijke morsingen voor een snelle afvoer te zorgen. Wanneer ze echter vol slib en ander vuil zitten, verloopt de afvoer niet langer correct. Het reinigen van de afvoergeulen moet regelmatiger gebeuren dan het schoonmaken van de afscheider. Weet ook dat het slib gevaarlijk afval is! Hou de attesten van de verwerking van het slib bij, deze helpen je bewijzen dat u uw afval correct laat ophalen en verwerken.
Naast de afscheider bevindt zich een meetput waar stalen kunnen genomen worden om de verwerking van de afscheider te controleren.
Waarom?
Het is goed om de bodem te beschermen met vloeistofdichte pistes, maar het is uiteraard niet de bedoeling om het probleem door te schuiven naar het oppervlaktewater. Onze waterlopen zijn reeds zwaar vervuild, waardoor in de drie gewesten strenge lozingsnormen van toepassing zijn. Wie deze niet respecteert, riskeert een zware boete tot zelfs een gevangenisstraf. De goede werking van de afscheider is cruciaal voor het behalen van de lozingsnormen. Daarom moet hij correct gedimensioneerd zijn, goed onderhouden blijven en regelmatig geledigd worden. Het toezicht op de goede werking van de olie- en benzineafscheider is één van uw belangrijkste taken om watervervuiling tegen te gaan; u kan hiervoor rechtstreeks aansprakelijk gesteld worden.
Brandstoffen kunnen de werking van de waterzuiveringsinstallatie, waarop de openbare riool is aangesloten, ernstig verstoren. Dit kan leiden tot een schadeclaim. Bovendien is benzine inde riool zeer gevaarlijk omwille van het explosiegevaar. Naast de schadeclaim kan u verantwoordelijk gesteld worden voor de kosten van de interventie van de brandweer en civiele bescherming.
Met een minimum aan onderhoud en toezicht op de installaties kunt u problemen vermijden. Registreer uw controles steeds in een milieuregister.