Zonkracht en bruinbakken
De zonkracht is met name in het voorjaar en zomer belangrijk om te weten hoe lang wij het met een bepaald huidtype zorgeloos onbeschermd in de zon kunnen zitten. Wat stelt de zonkracht voor en waar is deze afhankelijk van? En hoe worden wij eigenlijk bruin?
Naast de hoeveelheid straling, zoals ultraviolette straling (UV), drukt men bij de meteorologische diensten de kracht van de zonnestraling op aarde uit als zonkracht uit. Door het KNMI wordt sinds eind jaren negentig de verwachte zonkracht dagelijks gegeven. Dit gebeurt op basis van de verwachte hoeveelheid zonneschijn. De zonkracht is primair gekoppeld aan de hoeveelheid ultraviolette straling die de aarde bereikt. De hoeveelheid ontvangen UV-straling wordt vlak boven het aardoppervlak m.b.v. een Brewer spectrophotometer gemeten. Dat gebeurt o.a. bij het RIVM in Bilthoven.
De zonkracht (ook wel UV-index of UVI genoemd) varieert in ons land van 0, wanneer er geen ultraviolette straling is (zon onder of tijdens zeer dikke bewolking of mist tot 8 voor de maximale hoeveelheid UV-zonlicht. In landen dichter bij de evenaar en in de bergen kan de zonkracht een waarde van 14 of hoger halen. Bij een lage zonkracht (0-4) verbrandt de huid minder snel dan bij een hoge zonkracht (7 en hoger).
De zonkracht is van een aantal factoren afhankelijk:
- De hoogte van de zon. Hoe hoger de zon aan de hemel staat, hoe groter de zonkracht.
- De bewolking. Wolken houden deels het zichtbare zonlicht tegen, maar ook voor een deel het ultraviolette. Het verband tussen bewolking en de zonkracht is echter niet eenvoudig. Bij een gebroken wolkendek kan terugkaatsing van zonlicht tegen de wolk de zonkracht zelfs hoger maken dan bij een onbewolkte hemel! Ook mist en nevel remmen de hoogte van de zonkracht af.
- De hoeveelheid ozon in de atmosfeer. Ruwweg kan men zeggen: 1% meer ozon geeft 1,3% minder zonkracht. De hoeveelheid ozon fluctueert sterk van dag tot dag, als gevolg van stromingen in de atmosfeer.
- Aërosolen, ofwel stof – en vaste deeltjes in de lucht. Als de zon hoog aan de hemel staat zal de zonkracht gedempt worden door deze deeltjes. In de bergen is de lucht vaak zeer schoon en zal de zonkracht groter zijn dan in een laag gelegen gebied.
- Terugkaatsing tegen de grond, bebouwing. Water, sneeuw, wit zand etc. weerkaatsen het ultraviolette zonlicht. Hier kan men dus een hogere zonkracht verwachten. In de stad, waar een groot deel van de hemel afgeschermd wordt door bebouwing zal de zonkracht lager zijn.
In Nederland wordt de hoogste zonkracht in de maanden juni en juli gehaald, met name rond of op de langste dag (20 of 21 juni). Op deze dag staat de zon rond 13.40 uur op 60-62 graden hoogte boven de horizon, de hoogste stand binnen Nederland. In combinatie met een zeer schone en onbewolkte lucht kan een waarde van 7 of 8 gehaald worden.
Verwachting
In de praktijk bestaat de verwachting voor de zonkracht uit twee delen, nl. een verwachting van de zonkracht bij heldere hemel en een verwachting van de zonkracht bij bewolkt weer. De hoeveelheid stofdeeltjes (aërosolen) wordt op dit moment nog niet meegenomen bij de zonkracht verwachting. Dit is een onderwerp voor nader onderzoek. Op heldere dagen kan de voorspelde zonkracht gecontroleerd worden aan de hand van de zonkrachtmetingen met de Brewer.
Zonkracht, warmte en wind
De zonkracht staat geheel los van de temperatuur en wind. Als mens beleven we de blootstelling aan de zon anders wanneer de temperatuur niet al te hoog is en er een lekker windje staat. We blijven dan vaak veel langer in de zon zitten. De temperatuur en de wind bepaalt niet of we verbranden. Alleen de hoeveelheid UV straling en dus de hieraan gekoppelde zonkracht bepaalt samen met onze huidtype of we de maximale hoeveelheid te verdragen straling bereiken of overschrijden. In het laatste geval zal onze huid dus verbranden. In de praktijk zal een hoge temperatuur en weinig wind er vaak voor zorgen dat wij eerder de schaduw of een ruimte met airco zullen opzoeken en we dus uit de directe zon blijven.
Bruinbakken
Wie voorzichtig met de zon omspringt, voorkomt verbranding en ontwikkelt een mooie bruine kleur. Toch moet men zich realiseren dat de zo begeerde bruine kleur in feite niets anders is dan een beschermingsmechanisme van het lichaam bij blootstelling aan zonlicht. Onder invloed van zonlicht gaan de pigmentcellen in de huid over tot het maken van pigmentkorrels die worden afgegeven aan de hoorncellen in de opperhuid.
Dit pigment in de huid zorgt ervoor dat de grootste hoeveelheid ultraviolette straling wordt geabsorbeerd en gereflecteerd, waardoor minder schadelijke straling diep in de huid doordringt. Hoe bruiner de huid wordt, hoe beter deze beschermd raakt tegen de schadelijke straling. Dit wil niet zeggen dat je met een bruine huid nooit kunt verbranden. Ook dan kun je teveel straling ontvangen. Daarnaast treedt bij regel matige blootstelling aan zonlicht een verdikking op van de opperhuid waardoor ook een verhoogde filtering en weerkaatsing van het licht optreedt. De pigmentatie en de verdikking van de huid samen, kunnen een bescherming tegen UV- straling veroorzaken met een factor van ongeveer twintig. In feite heeft iedereen die bruin is, zijn of haar huid zodanig aan de zon bloot gesteld dat het lichaam zich genoodzaakt zag zich tegen deze straling te beschermen.
In het algemeen is dus te adviseren:
- Mijdt de volle zon tussen 11.00 en 15.00 uur
- Blijf de eerste tijd niet te lang in de zon en smeer u in met een crème die een voldoende hoge beschermingsfactor voor uw huidtype biedt.
- Bescherm de huid voldoende m.n. daar waar de huid niet dik is (bijv. neus, schouders, nabij sleutelbeen, knieën en bovenop het hoofd bij kale mensen).
- Bescherm ook de ogen tegen teveel UV straling.
Tabel KNMI zonkrachtschaal
Zonkracht | Omschrijving | Max. minuten onbeschermd zonnen | Huid verbrandt .. |
1-2 | vrijwel geen | 50-100 | - |
3-4 | zwak | 25-35 | - |
5-6 | matig | 15-25 | gemakkelijk |
7-8 | sterk | 10-15 | snel |
9 en hoger | zeer sterk | minder dan 10 | zeer snel |