Van veel standaardmaten naar SI-stelsel
Ooit bestonden er zeer veel manieren om aan te geven hoe lang of hoe groot iets was of welke inhoud het bezat. De zogenaamde stelsels waarmee dat aangegeven werd waren soms zelfs per stad verschillend. Daardoor was het noodzakelijk dat veel dingen aan elkaar moesten worden aangepast bijvoorbeeld door herberekeningen. Aan het eind van de achttiende eeuw werd bedacht dat meer eenheidsmaten tussen steden en landen goed zou zijn voor de handel. Maar het zou nog tot ver in de twintigste eeuw duren totdat zeer veel landen eenzelfde stelsel verplicht stelden. Dat verplichte SI-stelsel is een internationaal stelsel van eenheden op diverse gebieden om lengte, massa, tijd, stroom, temperatuur, stof en lichtsterkte aan te duiden. Maar zoals bij zoveel dingen zijn er toch ook weer uitzonderingen en houden sommige landen voor bepaalde zaken afwijkende stelsels aan.
Pleiters voor meer algemene maten
Tot de achttiende eeuw werd veelal vanuit overheidswege van elke stad een systeem van standaardmaten vastgesteld. Daardoor ontstonden er talrijke meetmethoden niet alleen per land maar ook per streek of stad. Door al die verschillen was de handel tussen de
steden erg moeilijk. Er werd zelfs al in de zestiende en zeventiende eeuw door
wetenschappers als Simon Stevin en Christiaan Huygens gepleit voor meer algemene maten.
Franse regering opdrachtgever metrieke stelsel
Het zou echter nog tot het eind van de achttiende eeuw duren totdat door een commissie van wiskundigen en natuurkundigen het metrieke stelsel werd ontwikkeld. Opdrachtgever daarvoor was de Franse regering die in 1795 het metrieke stelsel weliswaar invoerde maar het niet verplicht stelde. Vanwege de chaos onder de burgers door de invoering van het stelsel werden overzettabellen opgesteld die in het begin van de negentiende eeuw veelvuldig werden gebruikt. Enigszins vergelijkbaar is wellicht dat bij de invoering van de euro veel mensen nog lang bleven omrekenen naar guldens.
Metrieke stelsel verplicht in Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
In het metrieke stelsel, dat dus bestaat vanaf de Franse Revolutie en het napoleontische tijdperk, werden oude maten die op lichaamsdelen waren gebaseerd, zoals duim, el en voet, vervangen door de meter. Vanaf 1820 werd het metrieke stelsel in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden verplicht. Door Koning Willem I werd in die tijd ook de gulden onderverdeeld in honderd centen.
SI-stelsel verplicht in de Europese Unie
Later zijn er nog varianten van het metrieke stelsel ontwikkeld totdat uiteindelijk in 1960 het
SI-stelsel (Internationale Stelsel van Eenheden) standaard werd. Het SI-stelsel is bedoeld voor het meten van afstanden, gewichten, snelheden en
temperaturen. Dit stelsel werd wettelijk verplicht in de Europese Unie om daarmee alle eigenschappen en maten van producten uit te drukken. Het stelsel wordt beheerd door het Bureau international des poids et mesures in Sèvres (Frankrijk).
Afwijkingen van SI-stelsel
Het SI-stelsel wordt wereldwijd in zeer veel landen toegepast met uitzondering van Liberia, Myanmar en de Verenigde Staten. In de Verenigde Staten wordt voor afstanden nog steeds het imperiale systeem gehanteerd met mijlen, voeten, yards en inches. Ook in het Verenigd Koninkrijk wordt niet op alle gebieden het SI-stelsel toegepast maar zijn imperiale eenheden nog steeds toegestaan. Het Britse imperiaal stelsel (Imperial Standard System) heeft als lengtemaat de yard als meetstandaard, als standaardmaat voor massa het pond en gallon als standaard voor het aangeven van de inhoud.
Tijdmeting met ander stelsel
Overigens geldt het metrieke stelsel niet voor alle metingen. Bij de tijdmeting is het nog steeds gebruikelijk om een
jaar in te delen in 12 maanden, 365 dagen, 24 uur, 60 minuten en 60 seconden. Eenheden die kleiner zijn dan een seconde worden wel decimaal uitgedrukt namelijk een honderdste of duizendste van een seconde.