Het lineaire model: wetenschap en beleid nader bekeken

Wat is het lineaire model?
Het lineaire model in de wetenschap is een model dat probeert verklaard hoe de maatschappij het meeste baat heeft bij de wetenschap. Volgens het lineaire model heeft de maatschappij het meeste baat bij het volledig loslaten van de wetenschap. Wetenschap wordt, in dit model, vrijgegeven aan wetenschappers. Deze doen het onderzoek wat zij zelf zien als nuttig, waardoor maatschappelijke voordelen automatisch volgen. De eenvoudigste voorstelling van het lineaire model is dan ook in figuur 1 te vinden. Er is inderdaad te zien dat het model lineair is, in de zin dat het slechts één kant op gaat. Er is geen sprake van terugkoppeling (feedback) of interactie. De wetenschap reguleert en controleert zichzelf in dit model.
Het model kan worden uitgebreid door wetenschap onder te splitsen in subgroepen. Ook ‘publieke opinie’ kan worden onderverdeeld in kleinere termen.

Het idee achter het lineaire model is dat wat er door wetenschappers wordt ontdekt automatisch naar de maatschappij ‘lekt’. Het model was lange tijd het belangrijkste model in wetenschapsbeleid.
Voordelen
Het lineaire model kent verschillende voordelen. Wetenschappers bemoeien zich niet met het publieke debat. Ze zijn alleen bezig met het zoeken naar feiten, niet met het verdedigen van opinies. De wetenschap wordt in het lineaire model niet beïnvloed door partijen van buitenaf, hoewel de noodzakelijkheid voor fondsenwerving al een risico vormt. Wanneer het lineaire model wordt toegepast, wordt er enkel een spreekwoordelijke zak met geld gegeven, waarna wetenschappers aan de gang gaan met wetenschap.
Nadelen
Het lineaire model kent ook verschillende nadelen. Zo is het lang niet altijd duidelijk of er ook werkelijk maatschappelijke voordelen worden behaald wanneer wetenschappers niet gestuurd worden in het onderzoek dat ze doen. Hoewel er altijd mensen geïnteresseerd zijn ruimtevaart of de deeltjesversneller, is het nut niet altijd evident.
Daarbij komt dat wetenschap nooit volledig los kan staan van sociale factoren. Wetenschappers zijn ook mensen, die het nieuws kijken en teksten lezen. Ze worden dus ook beïnvloed en kunnen daardoor – bewust of onbewust – hun onderzoek beïnvloeden. Dit hoeft niet altijd fraude te zijn, maar ook door de focus van het onderzoek te wijzigen of andere vragen te stellen.
Een ander nadeel van het lineair model is dat de zelfregulatie van de wetenschap niet altijd werkt. Regelmatig komen berichten in het nieuws over fraude, dus de wetenschap is schijnbaar niet in staat om zichzelf volledig te controleren.
Een laatste probleem van het lineaire model is dat wetenschappers niet altijd in staat zijn om duidelijk te communiceren met beleidsmakers. Wetenschappers zijn gericht op hun vakgebied, met hun eigen jargon en gebruiken. Beleidsmakers en politici zijn doorgaans niet bekend met dit jargon, waardoor de teksten moeilijk te begrijpen zijn en verkeerd geïnterpreteerd kunnen worden. Daarbij komt volgens beleidsmakers de kennis vaak te laat, het wordt pas onderzocht nadat het in de maatschappij ter sprake is gekomen. Het resultaat van het onderzoek komt dus pas nadat de vragen beantwoord zijn.