Ballistiek geweer: schieten met geweren en schothagel
Een geweer is in feite een vuurwapen met een relatief lange loop. Bijvoorbeeld in de jacht wordt in plaats van handwapens met geweren geschoten, maar ook militairen, scherpschutters van speciale politie-eenheden en in de schietsport gebruiken het. Een groot verschil met handvuurwapens is – naast de loop – ook het type kogel waarmee wordt geschoten.
Geweerpatronen: schothagel en korrels
In geweerpatronen bevindt zich
schothagel of
korrels (kleine kogeltjes). De massa, in het algemeen, is een constante voor het patroon zodat 28 gram (= 1 ounce) schothagel of 9 korrels (kogeltjes) overeenkomen in massa. Ook zijn er korrels van andere dichtheid, zodat er ook bijvoorbeeld 300 korrels moeten worden gebruikt. De verspreiding van de korrels of het schothagel na de loop, wordt bepaald door het
uiteinde van de loop, die meestal een kleine vernauwing heeft (0,08 mm tot 1 mm).
Schieten van hagel
Hoe groter de vernauwing betekent een steeds kleinere
verspreiding van de schothagel. Een bijna volledige vernauwing geeft een verspreiding van de schothagel van 40 cm (diameter) over 18 meter. Bij geen vernauwing aan het einde van de loop krijg je ook een verspreiding maar dan van maximaal 80 cm (in de diameter), dit ook over 18 meter (Demuth et al, 1976). Een geweer waar de "kop" van is
afgezaagd is eenvoudig te verbergen vanwege zijn korte loop, maar kan dus de hagel of de korrels over een veel groter gebied verspreiden, omdat het geen vernauwing heeft.
Verwondingen bij het gebruik van geweren
Op de
korte afstand, mag schothagel worden opgevat als één massa. Een gemiddelde huls (dus met een gemiddelde hoeveelheid kruit) geeft schothagel met een bepaalde massa aan het eind van de loop een snelheid van 400 m/s en bevat 2,8kJ aan kinetische energie. Van dichtbij (minder dan 1,25 meter) zal een
ingangswond ongeveer 2,5 cm (diameter) zijn en de wond holte zal bedekt zijn met de schothagel.
Middellange afstanden geweren
Bij middellange afstanden (1,25 tot 3,75 meter) is de ingangswond tot ongeveer 5 centimeter groot (diameter). De wondranden kunnen individuele
schothagelsporen tonen. Bij doelen op meer dan 3,75 meter afstand zijn er een meerdere factoren die bepalen hoe groot de verwonding wordt met geweren:
- Vernauwing van de loop
- De lengte van de loop
- Hoeveelheid schothagel of korrels
Schothagel schieten
Indien de energie tussen de korrels of het schothagel is verdeeld, kan opgemerkt worden dat minder grotere korrels en/of schothagels meer
kinetische energie (KE) zullen dragen, maar de uitdijing en de reikwijdte zou hen van het doel af kunnen meesleuren. Schothagel en korrels die echt
rond zijn, zijn eigenlijk slechte projectielen en de meeste kleine korrels zullen huid na 73 meter niet meer (kunnen) doordringen. Geconcludeerd kan worden dat van dichtbij schothagel/korrel-wonden ernstig zijn en op grote afstand niet meer. Maar zelfs op betrekkelijk korte afstand zouden wonden minimaal kunnen zijn. Het bereik (hoe ver komt het hagel) is de belangrijkste factor en kan in de helft van gevallen geschat worden, datzelfde geldt voor het
kaliber (Wilson, 1978). Een kogel die door een geweer afgeschoten wordt, zal een bereik kunnen hebben van ongeveer 730 meter (Mattoo et al, 1974).
Behandeling schotwonden
De
patronen van geweren hoeven niet alleen maar schothagel te bevatten, ook een
kogel kan worden gebruikt om mee te schieten. Deze kogels van jachtgeweren kunnen flinke verwondingen veroorzaken, wegens de grootte van de kogels en de massa's daarvan. Overleven is daarom erg moeilijk. Schoten op de korte afstand gericht op een mens, zijn veelal
fataal. Bij het behandelen van jachtgeweerverwondingen, is het noodzakelijk om te bedenken dat het plastic opvulmiddel in een patroon en sommige types schothagel/korrels (die beide niet op röntgenfoto’s zichtbaar zijn) ook weefselschade kunnen veroorzaken en moeten daarom worden gevonden en worden verwijderd (Gestring ML et al, 1996).