De maan: belangrijk hemellichaam bij de aarde
Van alle hemellichamen die er zijn, staat de maan het dichts bij de aarde. Op een heldere nacht kun je de maan goed zien met het blote oog, ook al staat hij zo’n 363.000 kilometer van ons vandaan. De maan heeft invloed op de aarde, zoals het uitoefenen van de getijden eb en vloed in de oceanen en houdt het klimaat stabiel. De maan is de enige andere wereld in ons zonnestelsel waar de mens ooit voet op heeft gezet. De maan is naar schatting 5 miljard jaar oud, heeft grote kraters en is bedekt met een laagje stof.
Algemeen
Van alle hemellichamen die er zijn staat de maan het dichts bij onze aarde. Vanaf de aarde kunnen we de maan zien als een echte wereld vol met kraters. Heel veel vroeger wist men niet wat die bol in de lucht was, die ’s nachts de wegen verlichtte. Later, toen we in een tijdperk van de wetenschap kwamen, werd ontdekt dat de maan belangrijker was dan we al dachten. De maan zorgt voor de getijden eb en vloed en oefent een stabiliserende invloed uit op het klimaat, waardoor omstandigheden op onze planeet gunstig blijven voor leven.
Basisgegevens:
- Afstand tot de aarde: 363.000 - 406.000 kilometer
- Omlooptijd: 27,28 aardse dagen
- Rotatieperiode: (dag): 27,32 aardse dagen
- Middellijn: 3476 km/0,27 x aarde
- Zwaartekracht: is zes keer kleiner dan op aarde
- Massa: 74 triljoen ton
- Oppervlaktetemperatuur: - 233 tot 123 graden celcius
- Samenstelling dampkring: helium (50%) en argon (50%)
Mensen op de maan
Er zijn maar twaalf mensen geweest die op de maan hebben gelopen. De eerste persoon die voet op de maan zette, was Neil Armstong in het jaar 1969. De Apollo 11 waarmee hij reisde, had nog maar voor 45 seconden brandstof over toen de ruimtesloep op de maan was geland. Hoewel hij bijna dood was, had hij de kans om een kijkje te nemen op deze grijze, bekraterde en verlaten wereld in een inktzwarte hemel. Omdat de maan kleiner is dan de aarde, is de zwaartekracht daar minder. Het is zes keer meer minder dan die op de aarde en de horizon ligt er op slechts 2,5 kilometer. Omdat er geen dampkring is om zonlicht te verstrooien, is er een enorm contrast tussen zonverlichte en beschaduwde delen, waardoor het moeilijk is om foto's te maken. Bovendien zijn objecten in de verte niet waziger, waardoor het erg lastig is om afstanden te schatten. Het hele oppervlakte van de maan is bedekt met een kleverige maanstof.
Geschiedenis
De maan is ongeveer even oud als de aarde en dat is naar schatting 5 miljard jaar. De maan is vermoedelijk net zoals de aarde ontstaan uit een grote gas- en stofwolk. Zo is het hele zonnestelsel ontstaan. Het is niet zeker of de maan in het verleden is losgerukt van de aarde. Wel is duidelijk dat de maan en de aarde bij elkaar in de buurt zijn ontstaan, omdat bepaalde stoffen op de maan in dezelfde verhouding voorkomen als op aarde. Ongeveer 800 miljoen jaar geleden werd de maan geraakt dor een grote planetoïde. De inslag produceerde de
93 km grote krater "
copernicus". Door de kraters die de maan heeft, ziet het er gehavend uit. Er zijn waarschijnlijk meteorieten op de maan gekomen afkomstig van de aarde. Het maangesteente zou dus biologisch materiaal kunnen bevatten uit de ontstaansperiode van het leven op aarde. De zwaarste inslagen op de maan en ook de aarde, vonden 3,8 miljard jaar geleden plaats. De inslagen doorboorden de korst van de maan en magma stroomde in de inslagbekkens en vormden donkere maanzeeën, waarvan ooit werd gedacht dat ze water bevatten. Nog steeds ontsnapt er soms gas uit scheuren van de maanzeeën.
Kraters
Op een heldere avond kun je vanaf de aarde de kraters op de maan zien. Dat zijn de plaatsen waar in een ver verleden meteorieten zijn ingeslagen. Als je goed kijkt, zie je ook gladde delen op de maan. Dit zijn gebieden waar het oppervlak in minder dan twee miljard jaar zijn veranderd is. Dan kan bijvoorbeeld gebeurd zijn door grote inslagen, waarbij het gesteente op de maan over een heel groot gebied is gesmolten. De kraters die er al waren, zijn als het ware uitgewist. Het gebeurt nog steeds af en toe dat er een stuk steen uit de ruimte op de maan terecht komt. Zo'n stuk steen maakt dan weer een nieuwe krater in het gladde gedeelte. Als je vanaf de aarde naar de maan kijkt, zie je donkere vlekken. Dit zijn de gladde gebieden, die worden ook wel zeeën genoemd. Deze delen zijn het zwaarst en daarom trekt de aarde met haar zwaartekracht meer aan deze kant dan aan de rest van de maan. Dat is de reden waarom de maan altijd met dezelfde kant naar de aarde staat.
Maanstof
De maan is bedekt met een laag hele fijne stof. De astronauten kregen het maanstof bijna niet van het ruimtepak af en het drong door tot in elk hoekje van de maanlander. We weten inmiddels dat maanstof misschien schadelijk is, vanwege nanodeeltjes die onze longen kunnen binnendringen en ademhalingsproblemen kunnen veroorzaken. Maanstof ontstaat wanneer micrometeorieten met afmetingen van zandkorrels met hoge snelheid op het maanoppervlak inslaan, waarbij gesteente verpulverd en verhit wordt. De resulterende stofdeeltjes lijken op kleine sneeuwkristallen. Daardoor klitten ze gemakkelijk vast op kleding. De deeltjes reflecteren het licht ook steeds anders. Dat verklaart waarom de astronauten het maanlandschap zagen glinsteren in allerlei bruin-, goud- en zilvertinten en niet in egaal grijs zoals je misschien zou verwachten.
De getijden eb en vloed
De zwaartekracht van de maan trekt aan de dichtstbijzijnde oceaan, iets minder sterk aan het centrum van de aarde en nog minder sterk aan de verste oceaan. Aan de ene kan wordt het water dus van de aarde weggetrokken en aan de andere kant wordt de aarde weggetrokken van het water. Dit zorgt ervoor dat er twee getijden per dag ontstaan. Ook in gesteente zijn er getijden, hoewel die door het harde materiaal kleiner zijn. Een voorbeeld is de Large Hadron Collider bij Genève, die continu van vorm verandert door de krachten van de maan. De aarde veroorzaakt ook getijden op de maan. Die zijn 81 keer zo sterk, omdat de aarde 81 keer zo zwaar is. Hierdoor ontstaan maanbewegingen en soms gasuitbarstingen. Deze getijdebewegingen zorgen ervoor dat de draaisnelheid van de aarde langzaam wordt afgeremd en hierdoor verwijdert de maan zich heel langzaam, ongeveer 3,8 centimeter per jaar van de aarde.
Afhankelijk van de maan
Zonder de maan zouden wij er waarschijnlijk niet zijn. De aarde en de maan vormen eigenlijk een soort van dubbelplaneet. De sterke zwaartekracht van de maan stabiliseert de draaiingsas van de aarde. Als de planeet dreigt te kantelen, wordt hij door de maan rechtop gehouden. Kantelingen zouden de klimaten teveel beïnvloeden. Zo heeft bijvoorbeeld de planeet Mars geen grote maan, waardoor er grote klimaatsveranderingen zijn. Als er miljarden jaren geen relatief stabiel klimaat op aarde was geweest, zou er nooit leven hebben kunnen ontstaan. De maan veroorzaakt getijden, waardoor de kust twee keer per dag droog komt te vallen. Dit zou misschien eraan hebben bijgedragen dat gestrande vissen op het strand longen ontwikkelden, waardoor er leven op het land mogelijk was.