De oorsprong van het leven
Vele gelovigen op de planeet zien de evolutieleer als dé tegenhanger van hun creationisme. Maar de evolutieleer beschrijft enkel het ontwikkelen van nieuwe levensvormen uit (eenvoudigere) voorouders. Nergens wordt door de evolutieleer die ene vraag beantwoord: waar komt het leven vandaan? Even afgezien van de theorieën uit de vele religies op deze planeet, wat is nou de oorsprong van het leven volgens de wetenschap? Laten we gaan kijken naar enkele hypothesen van de wereld van de wetenschap.
Wat is leven?
Voordat we kunnen proberen om een uitleg te geven van waar het leven vandaan komt, moeten we eerst een definitie hebben van "leven". Wanneer is iets levend en wanneer niet? Natuurlijk kunnen we zeggen dat alle soorten leven in staat zijn zich voort te planten. Wij mensen doen dat met behulp van ons DNA, waarin onze complete opbouw staat beschreven. Maar wij zijn hierin niet de enige; alle vormen van leven planten zich voort met behulp van DNA, tot amoebes aan toe.
Hoe dit DNA precies in elkaar zit gaat misschien net iets te ver voor deze uitleg, maar laten we de basis even toelichten gezien het belang van DNA. DNA is opgebouwd uit zogenaamde nucleotiden. Deze nucleotiden bevatten specifieke erfelijke "codes". Deze erfelijke codes vormen lange strengen van DNA die zich bevinden in de chromosomen van een levend wezen. Het DNA is dus een soort van blauwdruk van een levensvorm en bepaald hoe al het organisch materiaal moet worden opgebouwd. Bij voortplanting wordt het DNA van de ouder(s) dan ook gebruikt als de basis voor het nieuwe ontwerp (maar nu wijken we weer te veel af naar de evolutietheorie).
Een homp klei, een poel water of toch uit de ruimte?
Nu we weten wat "leven" is op biologisch niveau, kunnen we eindelijk gaan kijken naar de verschillende hypothesen die rond gaan in de wereld van de wetenschap. In de 17de eeuw ontdekte Anthony van Leeuwenhoek het micro-organismen, protozoa en bacterieën, waarmee aangetoont werd dat leven niet "zomaar" vanuit het niets kwam, zoals eerder gedacht werd. In de 19de eeuw komen we uit bij Pasteur en Darwin. Beide heren wisten samen met hun collega's de grondslag te leggen voor de huidige concepten van het ontstaan van leven. Darwin zei dat het eerste leven mogelijk ontstond in een poel water, waar de juiste balans van chemicaliën, electriciteit, licht, warmte, enz. aanwezig waren om de eerste proteïnen te vormen en daarmee de eerste stappen naar leven. De proteïnen zouden in de huidige situatie meteen worden geabsorbeerd, maar aangezien er nog niemand was om dit absorberen te doen kregen de proteïnen ruim de tijd om te ontwikkelen.
In de twintigste eeuw werd er pas weer voortgang gemaakt op dit gebied en werden de ideeën van Pasteur en Darwin versterkt. Er zijn echter meer hypothesen over de oorsprong van het leven. Een andere hypothese neemt een homp klei als basis. Deze hypothese stelt dat de vroege vormen van leven zich baseren op de "voortplanting" van niet-levende objecten. Het voorbeeld van klei wordt gesteld aangezien klei zich vormt vanuit verschillende mineralen. De theorie is niet echt geaccepteerd als een realistische optie.
Naast de theorieën over hoe leven op aarde is ontstaan is er ook nog een theorie die het probleem op wel heel eenvoudige wijze oplost. Nobelprijs-winnaar Francis Crick was een voorstander van het idee dat het leven op aarde uit de ruimte komt. Een beeldvorming: aan de andere kant van het universum bevinden zich heel veel verschillende vormen van leven. Een aantal eencellige levensvormen van die locatie komen op een komeet terecht die vervolgens terecht komt op aarde. De aarde is dus als het ware besmet geraakt door een eencellig wezentje dat op een planeet zonder leven zich naar hartelust kon ontwikkelen en daarmee de basis voor de mensheid legde.
De conclusie
Uit het voorgaande kunnen we concluderen dat de wetenschap het af laat weten. Er zijn een heel aantal hypothesen, maar deze komen, door gebrek aan fysiek bewijs, niet van de grond. Misschien hebben Pasteur en Darwin gelijk, misschien Francis Crick, misschien hebben de gelovigen gelijk, wellicht zullen we het nooit weten.