Naar de maan. Apollo 12: De tweede maanlanding
De Amerikaanse ruimtevaartinstantie NASA had het bijna onmogelijke weten te bereiken, waarmee aan de belofte van Kennedy werd voldaan. Nog vóór 1970, om precies te zijn op 20 juli 1969 was de maanlander van Apollo 11 geland en twee mensen, Armstrong en Aldrin, betraden als eerste mensen het maanoppervlak. Het Apollo-programma liep nog door en Apollo 12 zou voor de tweede maanlanding zorgen, met nog meer onderzoeken.
De maanlanding van Apollo 11
Naar de eerste maanlanding op
20 juli 1969 met
Apollo 11 werd overal ter wereld reikhalzend uitgezien. Een dikke vierhonderd miljoen radio- en televisietoestellen stonden op deze historische gebeurtenis afgestemd De beelden van Armstrong, die als eerste mens voet zette op de maan, een ander hemellichaam dan onze eigen aarde zijn sindsdien nog miljoenen keren bekeken, zijn historische zin ‘
a small step for a man, a giant leap for mankind’ staan in het collectief geheugen gegrift. De maanlanding van
Apollo 11 was een historische gebeurtenis die tot de verbeelding sprak en nog steeds spreekt.
Het onderzoek is nog niet klaar, het Apollo-programma gaat door!
Het hele Apollo-programma om een man op de maan te krijgen was, met alle voorbereidingen in de ervoor uitgevoerde programma’s
Mercury en
Gemini een forse inspanning geweest, niet alleen op technologisch vlak, maar ook op het financiële. Het is natuurlijk onzin om al dat geld uit te geven aan slechts één gebeurtenis, één maanlanding. Behalve de prestigieuze gebeurtenis om een man op de maan te zetten waren er natuurlijk ook puur wetenschappelijke vragen te beantwoorden.
- Vragen naar de leeftijd, de samenstelling en de herkomst van de maan.
- Vragen naar het ontstaan van ons zonnestelsel, de aanwezigheid van voor leven belangrijke stoffen, zoals water.
- En natuurlijk vragen over het leven zelf. Zouden er op de maan stoffen of mineralen gevonden worden die meer inzicht zouden geven over het ontstaan van het leven?
Het Apollo-programma voorzag erin, om gegevens en materialen te verzamelen om wellicht deze vragen te beantwoorden, in een aantal vluchten. Elke vlucht zou zijn eigen missiedoelen hebben, zijn eigen onderzoeken moeten uitvoeren en steeds ook wat langer duren. Zo volgde ná Apollo 11 in november van dat historische jaar 1969 ook
Apollo 12.
De bemanning van Apollo 12; Conrad, Gordon, Bean /
Bron: NASA, Wikimedia Commons (Publiek domein)De bemanning van Apollo 12
De gezagvoerder van
Apollo 12 was
Charles ‘Pete’ Conrad, die al twee keer eerder in de ruimte was geweest. De piloot van de Command Service Module (CSM) was
Richard F. Gordon, die ook al een keer eerder een ruimtevlucht had gemaakt. De piloot van de Lunar Module (LM) was
Alan L. Bean (Beany) die met de vlucht van
Apollo 12 zijn ruimtedoop beleefde. Voor de ruimtetoestellen werden ook namen bedacht, de CSM werd
Yankee Clipper genoemd, de LM kreeg de naam
Intrepid. De afgesproken landingsplaats was
Oceanus Procellarum (Oceaan der Stormen)
Pete Conrad, in de reflectie van zijn helm zie je Alan Bean /
Bron: NASA/Charles Conrad, Wikimedia Commons (Publiek domein)De vlucht van Apollo 12 en de maanlanding
Op 14 november 1969 vond de lancering van Apollo 12 plaats, met behulp van een Saturnus V-draagraket. Zoals altijd bij Apollo-lanceringen werd gebruik gemaakt van Cape Kennedy in Florida. Tijdens de lancering regende het flink en sloeg de bliksem in, wat tot uitval van enkele powercellen leidde. Gelukkig kon dit worden opgelost en hoefde de missie niet afgebroken te worden. Alle apparatuur bleek nog prima te functioneren. Vier dagen later, op 18 november 1969 maakte de LM Intrepid zich los van de CSM waarin Richard Gordon achterbleef. De Interpid daalde met Conrad en Bean af naar het maanoppervlak en landde op
18 november 1969 om 6.54u.
Pete Conrad bij de
Surveyor 3. Op de achtergrond zie je de LM Intrepid /
Bron: NASA, Alan L. Bean, Wikimedia Commons (Publiek domein)Bijzonderheden van de missie
De LM was precies op de afgesproken plek geland, op een afstand van ongeveer tweehonderd meter van de plek waarin 1967 de onbemande
Surveyor 3 was geland. Het was de taak van de bemanning van Apollo 12 om onderdelen van
Surveyor 3 op te pikken en mee terug te nemen naar de aarde. Een wandeling van die tweehonderd meter viel binnen de mogelijkheden, dus die taak kon worden volbracht tijdens één van de twee maanwandelingen. Uiteraard werden ook deze keer weer de nodige maanstenen verzameld en mee naar de aarde gebracht. Een ander unicum had deze reis moeten plaatsvinden, de allereerste rechtstreekse kleurentelevisie-uitzending vanaf de maan. Helaas ging dat mis, Alan Bean richtte de camera per ongeluk op de zon, waardoor de camera defect raakte. Het zou niet het enige cameraprobleem zijn van Bean. Zo had hij een timer meegenomen om een foto van hemzelf en Conrad te maken terwijl ze bij
Surveyor 3 stonden. Omdat het niet tot de standaarduitrusting behoorde kon het ding niet worden gevonden toen het nodig was, dus dat plan ging niet door. En dan had Bean nog een probleem met de camera bij terugkomst op aarde.
Terugkeer naar de aarde
Het verblijf op de maan was 31 uur en 31 minuten, dus al langer dan bij Apollo 11. Tijdens hun verblijf zijn twee maanwandelingen gemaakt, met een totale tijd van 7 uur en 45 minuten. Op 20 november 1969 werd het stijgdeel van de LM vanaf het onderste deel van diezelfde LM dat als lanceerplatform dienst deed gelanceerd. Na koppeling met de CSM en het overstappen van Conrad en Bean werd de LM afgestoten, en stortte deze op het maanoppervlak. Na de reis terug naar de aarde kwam de capsule van Apollo 12 neer in de Stille Oceaan op 24 november 1969. Tijdens het neerkomen kwam een camera los en raakte Bean op het voorhoofd, waardoor deze heel even bewusteloos raakte. Het leverde hem een lichte hersenschudding en zes hechtingen op.