Het zonnestelsel: Neptunus

Neptunus is de achtste planeet vanaf de zon gezien en is in het jaar 1846 ontdekt. Deze typisch blauwe planeet is de vierde gasreus binnen het zonnestelsel en hij heeft vijf ringen. Er zijn grote stormen gaande en het is er erg onstuimig. Neptunus staat bijna 4,5 miljoen kilometer van de zon verwijderd en heeft een kern die veel warmte afgeeft. Doordat hij zo ver weg staat van de zon is het er erg koud aan het oppervlak. Neptunus heeft acht manen, waarvan Triton de grootste is.

Het zonnestelsel

Ons zonnestelsel is onvoorstelbaar groot en is ongeveer 4,5 miljard jaar geleden ontstaan. Het betreft de grote superhete kern de zon en alle hemellichamen die om de zon heen draaien. De zon is zo immens groot dat het zelfs 99,86 procent inneemt van alle massa binnen het zonnestelsel. Vanaf de zon gezien, bestaan er de volgende planeten: Mercurius, Venus, aarde, Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus. De eerste vier zijn rotsplaneten en de laatste vier zijn de grote gasreuzen. De zon is één van de vele miljarden sterren in de Melkweg. De Melkweg is zo ontzettend groot dat de mens niet in staat is om daar buiten te kunnen reizen. Waarschijnlijk zijn er buiten de Melkweg meer stelsels van sterren, maar die kunnen wij op dit moment niet waarnemen.

Algemeen

Ons zonnestelsel heeft vier planeten die geen vast oppervlakte hebben, dit zijn de hiervoor genoemde gasplaneten. Omdat ze veel groter zijn dan de rotsplaneten zoals onze eigen aarde, worden ze ook wel gasreuzen genoemd. Neptunus staat van de planeten het verst van de zon verwijderd. Vroeger was de verste planeet van de zon de planeet Pluto, maar tegenwoordig voldoet Pluto niet meer aan de definitie van een planeet. Neptunus is ontdekt in het jaar 1846 door de astronoom Galle. De planeet Uranus, de zevende planeet gezien vanaf de zon, was al ontdekt, maar er was iets dat de baan Uranus verstoorde. Men ging op zoek en ontdekte nog een planeet zoals al was voorspeld.

Basisgegevens:

• Gemiddelde afstand van de zon: 4500 miljoen kilometer
• Omlooptijd (jaar): 164,8 aardse dagen
• Rotatietijd (dag): 19,2 aardse uren
• Diameter: 49.526 kilometer
• Oppervlaktetemperatuur: ongeveer -200 graden
• Manen: 8
• Aantal ringen: 5

Manen

Neptunus heeft voor zover wij weten 8 manen. Dit zijn: Triton, Protheus, Nereïde, Naiade, Thalassa, Despina, Galatea en Larissa. De grootste en bekendste maan is Triton. Wat opvallend is, is dat deze maan tegen de klok in rond zijn planeet draait. Deze ijsmaan heeft een temperatuur van ongeveer – 235 graden en er zijn actieve geisers aanwezig die stikstof de lucht in schieten. Protheus en Nereïde zijn ook ijsmanen en de overige manen zijn kleiner. Zes van de manen van Neptunus zijn ontdekt door de Voyager 2, een onbemande ruimtesonde van NASA.

Stormachtig

Deze blauwe planeet roteert erg snel, net zoals de andere gasplaneten. Op Neptunus zijn de snelste windsnelheden binnen het zonnestelsel gemeten, namelijk wel tot 2.000 km per uur. In het jaar 1989 kwam de ruimtesonde Voyager 2 langs de planeet. Zo werd ontdekt dat het er veel onstuimiger was dan op zijn buurman Uranus. Er is net zoals op Jupiter een grote vlek zichtbaar, dat een enorme storm is. Ook al staat Neptunus twee keer zo ver van de zon af als Uranus, de temperatuur is ongeveer gelijk dan die van zijn buurman. Dit komt omdat de kern van Neptunus erg heet is.

Atmosfeer

De bijzondere blauwachtige kleur heeft Neptunus te danken aan het methaan dat de atmosfeer bevat, ook al is dit slechts 1,5%. Methaan absorbeert rode en in mindere mate gele kleuren, maar weerkaatst blauwe kleuren. De atmosfeer bestaat verder voor 80% uit waterstof en 19% uit helium. Ook zijn er nog sporen te vinden van ethaan en acetyleen.

Ringen

Bijna alles wat we over Neptunus weten komt door de ruimtesonde Voyager 2, die foto’s maakte van deze planeet. Ook werd het ringenstelsel door de Voyager waargenomen. Er werden drie smalle en een brede diffuse (= zonder duidelijke grens) ring ontdekt. Er is ook nog een buitenste ring ontdekt. Deze bestaat uit een centraal dicht gedeelte van hooguit tien kilometer en brede diffusere randen. In totaal is de ring niet breder dan 50 kilometer. Vele deeltjes uit de ringen zijn zelfs microscopisch klein.

Ruimtesonde

De Voyager 2 is de enige ruimtesonde die Neptunus heeft bezocht tot nu toe. Hierdoor zijn in het jaar 1989 de kleine manen van de planeet ontdekt. De Voyager 2 is nadat hij Neptunus heeft gepasseerd, verder van de aarde afgereisd en heeft uiteindelijk het zonnestelsel verlaten. Naar verwachting duurt het nog 40.000 jaar voordat de ruimtesonde de dichtstbijzijnde ster heeft bereikt. Helaas mogen wij dit niet meer meemaken.