Het zonnestelsel: Pluto
Pluto is in het jaar 1930 ontdekt en werd officieel de negende planeet van het zonnestelsel. In de periode tussen 1985 en 1990 was Pluto vanaf de aarde beter te zien, waardoor de werkelijke grootte vastgesteld kon worden. In 2006 werden er definities opgesteld voor planeten, dwergplaneten en kleine hemellichamen. Pluto verloor hierbij zijn planeetstatus en behoort sindsdien tot het rijtje van de dwergplaneten. Toch is Pluto erg interessant vanwege zijn rotaties, lichtvariaties en zijn unieke baan om de zon.
Het zonnestelsel
Het belangrijkste binnen ons zonnestelsel dat ruim 4,5 miljard jaar geleden is ontstaan, is de zon die immens groot is en bijna alle massa (99,86%) binnen het zonnestelsel omvat. Buiten de planeten bevindt zich aan de buitenkant van het zonnestelsel een grote gordel van ijsklompen, dit wordt de Kuipergordel genoemd. Vanaf de zon gezien zijn er de rotsplaneten Mercurius, Venus, aarde en Mars en de gasplaneten Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus. Omdat de gasplaneten veel groter zijn dan de rotsplaneten, worden ze ook wel de gasreuzen genoemd. Tot 24 augustus 2006 behoorde Pluto als negende planeet tot dit rijtje. Tegenwoordig voldoet Pluto niet meer aan de definitie van een planeet en is het gedegradeerd tot een dwergplaneet. Pluto is vernoemd naar de Romeinse god van de onderwereld.
Algemeen
In 1930 is Pluto ontdekt en werd hij officieel als planeet benoemd. Er was maar weinig informatie bekend over deze planeet op grote afstand om er een duidelijk beeld over te krijgen. In 2006 werd beslist dat de definitie van een planeet het volgende was: het moet een object zijn dat rond van vorm is door zijn eigen zwaartekracht, zich in een baan rond de zon moet bevinden en dat de omgeving van zijn baan moet zijn schoongeveegd van andere objecten. Pluto voldoet wel aan de eerste twee voorwaarden, maar niet aan de laatste. Op dat moment verloor hij zijn status als planeet en werd benoemd tot dwergplaneet. Pluto kreeg ook een nummer in de catalogus van de planetoïden, namelijk 134340.
Basisgegevens:
- Diameter: 2.302 kilometer
- Rotatietijd (dag): 6,4 aardse dagen
- Omlooptijd: 248,2 aardse jaren
- Oppervlaktetemperatuur: meer dan – 200 graden Celsius
- Aantal manen: 5
- Samenstelling atmosfeer: stikstof (ongeveer 90%), methaan en koolstofmonoxide
Unieke baan om de zon
Pluto is niet alleen bijzonder vanwege zijn relatie met zijn manen, zijn rotaties en lichtvariaties, maar ook vanwege zijn excentrische baan om de zon. Normaal gesproken staat hij verder van de zon af dan de acht planeten, maar gedurende 20 jaar van zijn 148 durende omlooptijd staat hij dichter bij de zon dan de planeet Neptunus. De laatste keer dat dit gebeurde, was van 7 februari tot 11 februari 1999. Op 5 september 1989 stond Pluto het dichtst bij de zon. In september van het jaar 2226 zal Pluto weer dichter bij de zon staan dan zijn buurman Neptunus.
Maan Charon
De eerst ontdekte maan van Pluto is Charon, welke dezelfde rotatieperiode van 6,4 dagen heeft. Hoewel het normaal is dat een maan een synchronische baan volgt ten opzichte van zijn (dwerg)planeet, is Pluto de enige dwergplaneet die synchronisch roteert ten opzichte van de baan van zijn maan. Hierdoor zijn Pluto en Charon steeds met dezelfde zijde naar elkaar toe gericht. In de periode van 1985 tot 1990 stond de aarde precies in lijn met Charon rond Pluto. Dit zorgde voor elke Pluto-dag voor een eclips, waardoor wetenschappers het weerkaatsend vermogen konden onderzoeken. Op deze manier kon ook de grootte van Pluto en Charon worden vastgesteld. De diameter van Charon is net iets meer dan de helft van Pluto en ze liggen gemiddeld 19.640 kilometer van elkaar vandaan.
Samenstelling
Er wordt aangenomen dat Pluto grotendeels bestaat uit een mix van ijs en gesteente. Waarschijnlijk is de kern rotsachtig is, met een mantel van ijs. Pluto’s ijskoude oppervlakte bestaat voor ongeveer 98 procent uit stikstof. Er zijn ook sporen van koolstofdioxide en methaan aanwezig. Omdat methaan in vaste vorm aanwezig is, wordt aangenomen dat de temperatuur gemiddeld ruim 200 graden Celsius onder nul moet zijn. De temperatuur wijzigt sterk gedurende zijn baan om de zon. De ijle atmosfeer bevriest en valt omlaag als Pluto van de zon af beweegt. Pluto heeft een geringe aantrekkingskracht, waardoor atmosferische gassen gemakkelijk weg kunnen stromen. Pluto beschikt over ijskappen aan de polen en rond de evenaar zijn er donkere plekken te zien.
Ruimtevaart
De eerste onbemande missie naar Pluto werd gelanceerd op 19 januari 2006. Met hoge snelheid raast de ruimtesonde van NASA, New Horizons genaamd naar Pluto om daar op 14 juli 2015 te arriveren. Wat bijzonder is, is dat er aan boord een deel van het as van Clyde Tombaugh aanwezig is. Hij is in 1997 overleden en was de ontdekker van Pluto. Er zullen foto’s gemaakt worden van Pluto en Charon en er zal onderzoek worden verricht naar de atmosfeer. Tussen 2016 en 2020 zullen andere objecten in de Kuipergordel onderzocht worden. Daarna zal hij verder gaan naar de rand van ons zonnestelsel, totdat het contact zal verdwijnen omdat hij te ver weg is.
Lees verder