Scheikunde - Periodiek systeem
'Periodiek systeem' in scheikunde is een begrip dat vaak wordt gebruikt. Op het scheikunde-examen bijvoorbeeld komt dit veel voor en ook in het dagelijks leven ontkom je hier niet aan. In het Periodiek systeem staan honderden chemische elementen, deze hebben ieder een eigen aantal protonen in de atoomkern. Wat zijn chemische elementen in scheikunde precies en wat houdt het periodiek systeem in?
Periodiek systeem /
Bron: Cepheus, Wikimedia Commons (Publiek domein)Chemische elementen scheikunde
Een chemisch element betekent eigenlijk een atoomsoort. Een
atoom is een bouwsteen waaruit moleculen (het kleinste deeltje van een stof dat nog de chemische eigenschappen van de stof bezit) en zouten zijn opgebouwd. Denk bijvoorbeeld aan stikstof (N), zuurstof (O) en koolstof (C). Daarnaast heeft een atoom in de kern protonen en neutronen met daaromheen draaiende elektronen. Protonen, neutronen en elektronen zijn deeltjes waaruit atomen zijn opgebouwd. Elk element heeft een uniek symbool dat uit één of meerdere letters kan bestaan. De eerste letter is altijd een hoofdletter en daarna volgt een kleine letter. De atomen hebben allemaal een plek gekregen in het
periodiek systeem (zie eventueel de afbeelding).
Periodiek systeem en chemische elementen
Een atoomnummer is een begrip in scheikunde. Het atoomnummer geeft het aantal protonen in de kern van een atoom aan. De chemische elementen in het periodiek systeem zijn aan de hand van het atoomnummer op een plaats ingedeeld. Het periodiek systeem kan worden verdeeld in periodes, groepen, metalen en niet-metalen.
Periodes in het periodiek systeem
De horizontale rij van de chemische elementen met een toenemend atoomnummer wordt een
periode genoemd. In totaal zijn er in het periodiek systeem zeven periodes aanwezig.
Groepen in het periodiek systeem
Een verticale rij van de chemische elementen die verwante eigenschappen vertonen, worden een
groep genoemd. Er zijn in totaal achttien groepen aanwezig in het periodiek systeem. Enkele voorbeelden:
- Alkalimetalen (groep nummer één)
- Aardalkalimetalen (groep nummer twee)
- Overgangsmetalen (groep nummer drie t/m twaalf)
- Halogenen (groep nummer zeventien)
- Edelgassen (groep nummer achttien)
Metalen en niet-metalen in het periodiek systeem
De chemische elementen kunnen daarnaast ook nog worden verdeeld in
metalen en niet-metalen. Deze staan door middel van kleuren goed en duidelijk vermeld in het periodiek systeem. Zo zijn er in het periodiek systeem 87 metalen en 22 niet-metalen. De kleuren van niet-metalen zijn: geel, lichtblauw, groen en lichtbruin. De overige kleuren in de afbeelding van het periodiek systeem zijn metalen.
Begrippen in de chemische elementen
Enkele begrippen die vaak worden gebruikt in scheikunde in combinatie met de chemische elementen:
- Isotopen: Atomen van hetzelfde chemische element. Deze hebben dus hetzelfde aantal protonen maar een verschillend aantal neutronen in de atoomkern. Het aantal neutronen bepaalt de stabiliteit van de kern en samen met protonen, de atoommassa.
- Atoommassa: De massa van een atoom, uitgedrukt in massa-eenheden (u). Deze worden tevens vermeld in het periodiek systeem.
- Stofeigenschap: Een natuurkundige eigenschap die eigen is aan die soort stof. Bijvoorbeeld: de brandbaarheid van een stof, de geur, de kleur en de smaak. Stofeigenschappen zijn onder andere suiker en zout.
- Zuivere stoffen: Een chemische stof met een aantal specifieke en constante stofeigenschappen, zoals: smeltpunt en kookpunt van een atoom, massadichtheid en oplosbaarheid in bijvoorbeeld water.
- Enkelvoudige stoffen: Dit zijn zuivere stoffen (niet-ontleedbaar) die zijn opgebouwd uit slechts één chemisch element.
Nieuwe chemische elementen
Elementen vermeld in het periodiek systeem met atoomnummers hoger dan 92 (uranium) zijn in de natuur niet gevonden maar gemaakt. Zodra een element kunstmatig wordt gemaakt, hoort dit element een naam te krijgen. Deze naam wordt vervolgens bepaald door een internationale organisatie. Deze organisatie geeft dan meestal de naam van de ontdekker aan het element. Er komen in de loop der jaren meerdere ontdekte atomen bij. Per 22 februari 2017 zijn er 104 ontdekte atomen.
Lees verder